U bent hier
De nomenclatuurhervorming - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke

Commissie Gezondheid 18 juli 2023:
21.01 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de mi-nister, begin 2023 heb ik u al een vraag gesteld over de nomenclatuur-hervorming en de herijking van de honoraria. Daartoe werd een weten-schappelijk team ingeschakeld, bestaande uit verschillende universi-taire centra en Möbius. Het project bevat drie fases. De duur is ge-raamd op vier jaar. Fase 1 is ondertussen afgerond en fases 2.1 en 2.2 zijn bezig. De voltooiing is gepland voor eind 2024.
Mijn vragen voor u zijn de volgende.
Kunt u al iets meegeven over de stand van zaken met betrekking tot de fases die nu bezig zijn? Wordt de streefdatum nog altijd beoogd?
Er werd een budget uitgetrokken van meer dan tien miljoen euro voor de vergoeding van de onderzoeksteams en van de artsen-experten die aan de werkgroepen participeren, alsook van de peilziekenhuizen die de data aanleveren. Loopt alles nog volgens plan?
Kunt u vertellen hoeveel de kosten tot nu toe bedragen voor het we-tenschappelijk team en voor de studies?
Werden ondertussen de studies van alle betrokken actoren ook wel degelijk gebruikt? Indien niet, waarom gebeurde dat niet?
Waar kunnen wij de conclusies en de aanbevelingen van de eerste studies vinden?
21.02 Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw de voorzitster, me-vrouw Gijbels, ik zal eerst de laatste vraag beantwoorden.
De resultaten van de studies van fase 1 van alle actoren werden inder-daad gebruikt, namelijk het werk van de ULB voor de technisch-medi-sche chirurgische handelingen, de zogenaamde ATMC, het werk van Möbius voor de geautomatiseerde en eraan geassimileerde medisch-technische handelingen, de zogenaamde AMTAA, en het werk van de UGent voor de handelingen van raadplegingen en daaraan geassimi-leerde handelingen, de zogenaamde ACA, hoewel dat laatste geen concreet voorstel voor een hervormde nomenclatuur bevatte maar wel een reeks hervormingspistes.
De verslagen van de verschillende actoren werden doorgestuurd naar het begeleidingscomité van het project, dat bestaat uit vertegenwoor-digers van de artsen, de verzekeringsinstellingen, de ziekenhuisfede-raties, de beleidscel Sociale Zaken, het RIZIV, de FOD Volksgezond-heid en het KCE.
De stand van zaken voor de fases 2.1 en 2.2 van de nomenclatuurher-vorming ziet er als volgt uit.
Met betrekking tot de technisch-medisch chirurgische handelingen kan ik meegeven dat fase 2.1 begin 2022 van start is gegaan en momen-teel op schema ligt. Op dit moment hebben negentien disciplines of subdisciplines hun verstrekkingen laten parametriseren volgens de cri-teria duur, complexiteit en risico. Om een intradisciplinaire relatieve waardeschaal van het beroepsgedeelte vast te stellen, moeten nog een dozijn disciplines of subdisciplines worden geparametriseerd.
Tegelijkertijd is ook begonnen met het koppelen van alle intradiscipli-naire relatieve waardeschalen, teneinde een en dezelfde interne disci-plinaire relatieve waardeschaal te creëren. De voltooiing van de werk-zaamheden is gepland voor medio 2024.
Fase 2.2 is medio 2022 van start gegaan. Na goedkeuring door het Verzekeringscomité van de selectie van 28 pilootziekenhuizen, na een oproep tot kandidaatstelling, kon het werk van de ULB- en KUL-teams in samenwerking met deze ziekenhuizen van start gaan. Het verloopt momenteel volgens schema. Het doel van dit werk is om een relatieve waardeschaal van de werkingskosten te ontwikkelen voor alle verstrek-kingen. De voltooiing van de werkzaamheden is gepland voor einde 2024.
We blijven bij fasen 2.1 en 2.2. Met betrekking tot geautomatiseerde en eraan geassimileerde medisch-technische handelingen is fase 2.1 begin 2023 van start gegaan voor de pathologische anatomie, voor de radiotherapie en de genetica. Ook hier is het de bedoeling om intradis-ciplinaire relatieve waardeschalen te creëren van het beroepsgedeelte in samenwerking met de experts van elke discipline, zodat ze geïnte-greerd kunnen worden in een en dezelfde interdisciplinaire waarde-schaal. De voltooiing van het werk is gepland voor einde 2023. Fase 2.2 is begin 2023 van start gegaan voor de pathologische anato-mie, radiotherapie en genetica. Na de goedkeuring door het Verzeke-ringscomité van de selectie van pilootziekenhuizen en -laboratoria na een oproep tot kandidaatstelling, kon het werk van het Möbiusteam in samenwerking met deze ziekenhuizen en laboratoria van start gaan. Dat verloopt op dit moment ook volgens schema. Ook hier gaat het om de ontwikkeling van een relatieve waardeschaal van werkingskosten voor alle verstrekkingen. De voltooiing van de werkzaamheden is ge-pland voor eind 2023.
Fase 2.1 voor de klinische biologie is nog niet van start gegaan. Die moet nog worden behandeld in een werkgroep van de Nationale Com-missie Artsen-Ziekenfondsen. Fase 2.2 van de klinische biologie is me-dio 2023 van start gegaan in samenwerking met een selectie van 16 pilootlaboratoria, gevalideerd door het Verzekeringscomité, na een op-roep tot kandidaatstelling. De voltooiing van de werkzaamheden is ge-pland voor medio 2024.
Ten derde, wat dezelfde fasen betreft, met betrekking tot de handelin-gen van raadpleging en de daaraan geassimileerde handelingen, gaathet enkel over het professionele gedeelte, fase 2.1. Deze fase werd toevertrouwd aan een werkgroep van de Nationale Commissie Artsen-Ziekenfondsen, waarvan de werkzaamheden begin 2023 van start zijn gegaan. Ook hier is het de bedoeling om de relatieve waardeschaal van het beroepsgedeelte te creëren om die te integreren in een en de-zelfde interdisciplinaire relatieve waardeschaal. De voltooiing is ge-pland voor medio 2024.
Ik kom nu tot het derde punt van mijn antwoord. Het budget dat oor-spronkelijk was vrijgemaakt voor de fases 2.1 en 2.2 van de ATMC en AMTAA en dat al in januari was aangekondigd, bedraagt 11.871.017 euro. Dat is nog altijd van toepassing. Tot nu toe is er van dat budget 2.344.067 euro uitgegeven. De voorziene looptijd om al deze fases, die verband houden met de inhoud van de medische no-menclatuur, en dus exclusief IT, wetgevingsaspecten en gerelateerde effecten op andere sectoren die de medische nomenclatuur gebruiken, tot een goed einde te brengen door de onderzoeksteams is nog altijd 31 december 2024.
21.03 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, ik dank u voor de uitgebreide toelichting. Ik zal ze nog eens moeten nalezen zodra ze op papier staat, want ze bevatte inderdaad heel wat data en streefdata.
Mijn laatste vraag is waar we de conclusies en aanbevelingen kunnen vinden van de studies die al afgerond zijn. Ik denk dat dit bijzonder relevant is voor de sectoren in kwestie. Zij zijn vragende partij om daar-naar te kijken en ze zijn ook de aangewezen personen om te kunnen aangeven of er van de juiste uitgangspunten wordt uitgegaan. Ik hebimmers gehoord dat er al een studie van Möbius is opgeleverd waar-over er toch wat bedenkingen zijn. Er staan in die studie ook disclai-mers over de correctheid en volledigheid van de cijfers, waar verder niets mee wordt gedaan. Er wordt dus uitgegaan van cijfers waarvan de juistheid wordt betwist.
Ik wil u vragen om de conclusies, aanbevelingen en studies openbaar te maken, zodat iedereen kan meekijken en bedenkingen en bezwaren tijdig kunnen worden aangegeven, zodat ze niet doorheen het hele stu-dietraject worden meegenomen.