Volg mij

  • Facebook
  • Instagram
  • Linkedin
  • Twitter
Home
Frieda Gijbels

Main navigation

  • Home
  • Over Frieda
  • Parlementair Werk
  • Nieuws
  • Oudsbergen
  • Contact
Lees voor
Zoeken Menu

Main navigation

  • Home
  • Over Frieda
  • Parlementair Werk
  • Nieuws
  • Oudsbergen
  • Contact

Volg mij

  • Facebook
  • Instagram
  • Linkedin
  • Twitter
Lees voor
Close search modal

Search in Frieda Gijbels

Frieda Gijbels

Kamerlid

Kruimelpad
  • Home
  • Nieuws
  • Het gebruik van het IMI-systeem voor het toezicht op buitenlandse zorgverleners
Lees voor

Het gebruik van het IMI-systeem voor het toezicht op buitenlandse zorgverleners

Gepubliceerd op dinsdag 21 oktober 2025

Frieda Gijbels (N-VA): Mijnheer de minister, ik heb eerder al een aantal vragen gesteld over de instroom van buitenlandse artsen en tandartsen. Nu richt ik mij op het Europese waarschuwingssysteem, het informatiesysteem interne markt, het IMI-systeem, dat nogal wat tekortkomingen vertoont. Met dat waarschuwingssysteem waarschuwen lidstaten elkaar wanneer zorgverleners in hun land zouden zijn geschrapt, althans dat is de bedoeling. Hoe gebruiken de FOD Volksgezondheid en de Federale Toezichtscommissie momenteel het IMIsysteem om controle uit te oefenen op de dossiers van buitenlandse zorgverleners die in ons land willen werken? Welke concrete maatregelen werden er genomen om te garanderen dat de waarschuwingen uit het IMI-systeem systematisch leiden tot correcte registratieopvolging en, indien nodig, tot schorsing van zorgverleners in België? Overweegt u eventueel om de koppeling tussen het IMI en de nationale registers te automatiseren, zodat waarschuwingen in de toekomst niet meer over het hoofd kunnen worden gezien? Hoeveel waarschuwingen heeft België sinds de opstart van het IMI-systeem zelf verstuurd en volgens welke criteria gebeurt dat? Zoals mijn collega al zei, zijn in landen zoals het Verenigd Koninkrijk tuchtmaatregelen en schrappingen publiek raadpleegbaar. Acht u meer transparantie in België wenselijk, zodat patiënten kunnen weten of een arts of een andere zorgverlener eerder een sanctie kreeg en bent u bereid om daartoe stappen te nemen? 

 

Minister Frank Vandenbroucke: Collega's, ik heb kennisgenomen van het onderzoek van een Europese journalistenvereniging waarmee De Tijd verbonden is. Ik heb momenteel geen indicatie dat het zou gaan om een grootschalige reeks inbreuken. Dat weet ik niet, maar elke inbreuk is uiteraard een probleem. Ik wil er evenwel op wijzen dat er vandaag al veel maatregelen bestaan om zorgverleners te controleren en patiënten te beschermen. Zo moet men een aantal stappen doorlopen om een diploma te laten homologeren en bij elke visumaanvraag wordt een uittreksel uit het strafregister en een certificaat van professioneel gedrag gevraagd. Dat certificaat van professioneel gedrag – in het Engels certificate of current professional status – mag niet ouder zijn dan drie maanden en moet worden afgeleverd door een bevoegde autoriteit. Dat kan een ministerie, een andere overheidsinstantie of een orde zijn. Bij vermoedens van inbreuken of bij twijfel wordt de nodige informatie opgevraagd bij de lidstaat van herkomst en wordt het IMI-systeem geraadpleegd. We pleiten binnen de Europese Unie voor een betere integratie en harmonisering van dat systeem. Belangrijk is dat het niet alleen kan worden gebruikt bij visumaanvragen, maar dat ook elke bevoegde autoriteit – de Federale Toezichtcommissie, het parket enzovoort – kennis kan nemen van IMI-waarschuwingen en die binnen de eigen bevoegdheid kan opvolgen. Overigens wil ik daaraan toevoegen dat als een burger – of het nu gaat om een patiënt, een collega-zorgverlener of een derde, zoals een journalist – een vermoeden heeft van ongepast gedrag, het aangewezen is om dat onmiddellijk te melden aan de bevoegde instanties. Ik wil ook verduidelijken dat het professionele gedrag, dus het certificate of current professional status, voor Europese beoefenaars sinds 2024 rechtstreeks door de FOD Volksgezondheid wordt gecontroleerd. Sinds de invoering van de taalvereisten is beslist om dat certificaat samen op te vragen met het bewijs van taalkennis. Voorheen waren het de gemeenschappen die deze specifieke controle uitvoerden en ons op de hoogte stelden wanneer een inbreuk werd ontdekt. Voor niet-Europese beoefenaars kan IMI overigens niet worden gebruikt, maar zij moeten wel dezelfde attesten en diplomavoorwaarden voorleggen Ik zet ook de verdere plannen uiteen. In de wet op de hervorming van de gezondheidszorg zal worden bepaald dat het RIZIV-nummer automatisch wordt opgeschort wanneer er een beroepsverbod geldt, hetzij wegens intrekking of schorsing van het visum door de Federale Toezichtcommissie, hetzij wegens een deontologische sanctie door de Orde der artsen of de Orde der Apothekers. Laat het duidelijk zijn, een zorgverlener die zonder visum zorg verleent, maakt zich schuldig aan illegale praktijkvoering. Dit is strafbaar en wordt gemeld bij het parket, zodat strafrechtelijke vervolging mogelijk is. U weet waarom wij het belangrijk vinden om de schorsing van het RIZIV-nummer daaraan te koppelen. Voor de zorgverlener in kwestie wordt het dan onmogelijk om nog aan te rekenen aan de verplichte ziekteverzekering. Daarnaast zal de zorgverlener, op basis van het nieuwe wetsontwerp, een meldingsplicht hebben over zijn of haar status bij de patiënt. Opschortingen van het RIZIV-nummer zullen bovendien op de RIZIVwebsite worden vermeld. Tot daar de procedures die we in België hebben en die we nog zullen invoeren. De belangrijkste problemen met het Europese waarschuwingssysteem zijn momenteel de volgende: ten eerste, het IMI-systeem signaleert alleen definitieve beslissingen die geheel of gedeeltelijk een beroepsverbod opleggen. Andere beslissingen die geen beroepsverbod met zich meebrengen, ontsnappen hierdoor aan het systeem, bijvoorbeeld veroordelingen wegens fraude. Ten tweede, het IMI-systeem signaleert bovendien geen lopende procedures, procedures waarvoor nog geen definitieve beslissing is genomen. Een lopende procedure is dus ook niet terug te vinden. Zolang er nog geen definitieve beslissing is genomen over een schorsing of intrekking van een beroepstitel, wordt deze informatie niet of te laat in het IMI-systeem ingegeven of openbaar gemaakt. Ten derde, de meldingen in het IMI-systeem bevatten weinig tot geen informatie over de redenen voor het opleggen van een beroepsverbod. Het is daarom noodzakelijk dat de bevoegde autoriteiten van de lidstaten de inhoud van deze beslissingen meedelen en naar de verzoekende autoriteit doorsturen. Ten vierde, in sommige landen wordt het IMIsysteem niet regelmatig bijgewerkt of besluiten de autoriteiten om toch geen beroepsverbod op te leggen aan gezondheidszorgbeoefenaars op hun grondgebied. Een harmonisatie op EU-niveau van de redenen om een beroepsverbod op te leggen zou dus nuttig zijn. Ten vijfde, het ontbreken van een koppeling tussen de nationale databanken en het IMI-systeem bemoeilijkt het detecteren van outliers tussen de honderden tot duizenden alerts per jaar. Dit gebeurt niet automatisch en moet telkens geval per geval worden geanalyseerd. Tijdens de vorige legislatuur heb ik in het kader van het Belgische EU-voorzitterschap bij de Europese Commissie al gepleit voor een strenger en duidelijker systeem binnen het IMI-platform. De vastgestelde lacunes blijven echter bestaan. Ik zal het probleem opnieuw onder de aandacht brengen van de Europese Commissie en het formeel aankaarten in een brief aan de directeur-generaal Gezondheid en Voedselveiligheid van de Europese Commissie. Een gecoördineerde aanpak op Europees niveau blijft absoluut noodzakelijk als we efficiënt en transparant willen werken. Ik heb al opgemerkt dat procedures moeten worden doorlopen om het visum te verkrijgen. Wanneer de visumaanvraag onvolledig is of wordt geweigerd, is er geen toegang tot het beroep en kan de betrokkene het beroep niet legaal uitoefenen. Bovendien kan de Toezichtcommissie passende maatregelen opleggen, zoals het schorsen of volledig intrekken van het visum van een zorgverstrekker. Ik herhaal dat de schorsing van het visum ook automatisch tot de schorsing van het RIZIV-nummer leidt. Dat is opgenomen in het ontwerp van de hervormingswet. Overigens maken de bevoegde Belgische administraties van dergelijke beslissingen en feiten steeds melding in het IMI-systeem. Er werd ook gevraagd naar de versterking van de bevoegdheden van de federale Toezichtcommissie. Die versterking is tijdens de vorige legislatuur gebeurd. Ik verwijs naar de bevoegdheid om maatregelen op te leggen aan gezondheidszorgbeoefenaars die niet voldoen aan de kwaliteitscriteria of die beroepsongeschikt worden verklaard. Die maatregelen kunnen variëren van een waarschuwing tot de definitieve intrekking van de machtiging om het beroep uit te oefenen. Ik wil de bevoegdheden van de Toezichtcommissie nu nog meer versterken via een nieuw wetsontwerp dat drie zaken beoogt. Ten eerste, de procedures van de Federale Toezichtcommissie worden versneld en de controlebevoegdheden van de commissie en van de inspecteurs worden uitgebreid tot alle wetgeving die de uitoefening van de gezondheidsberoepen regelt. Het gaat daarbij om de Kwaliteitswet, de WUG-wet en ook de wet op de esthetische heelkunde. Ten tweede, de sancties in het nieuwe wetsontwerp worden uitgebreid. In geval van inbreuk op dat wettelijk kader zal de mogelijkheid bestaan om administratieve geldboeten op te leggen, indien er geen vervolging is door het parket. Ten derde, elke werkgever die een maatregel moet noemen om een zorgverstrekker wiens beroepsuitoefening patiënten aan ernstig gevaar blootstelt te ontslaan, uit zijn ambt te ontzetten of te schorsen, moet dat onverwijld melden aan de Toezichtcommissie. Dat zijn drie elementen die ik in het nieuwe wetsontwerp wil opnemen om de Federale Toezichtcommissie te versterken. Er waren vragen over de synchronisatie tussen het IMI-systeem en de eigen lijst van erkende artsen. Laat mij verduidelijken dat het IMI-systeem geen databank is, maar een communicatiesysteem tussen de bevoegde autoriteiten, die als enige over de gegevens van de gezondheidszorgbeoefenaars beschikken. Het gaat dus niet om het synchroniseren van databanken, het gaat wel om ervoor te zorgen dat de bevoegde autoriteiten de databanken correct gebruiken om met elkaar te communiceren. Er werd gevraagd of inspiratie kan worden gehaald uit het Verenigd Koninkrijk. De federale databank van de bevoegde beoefenaars van de gezondheidszorgberoepen, het zogenaamde kadaster, is online toegankelijk. Ik ben van plan om deze gegevens ook beschikbaar te stellen via een nieuwe, gebruiksvriendelijke zoekmotor, HealthPro. Deze zoekmotor zal alle actieve zorgverleners in België tonen, inclusief hun werkadres en informatie zoals hun conventiestatus en openingsuren. Burgers kunnen zo eenvoudig zorgverleners in de buurt opzoeken en actuele informatie verkrijgen. HealthPro wordt in 2026 gelanceerd. Bij de huidige stand van de wetgeving en in overeenstemming met de vaste jurisprudentie van de Gegevensbeschermingsautoriteit is het evenwel niet mogelijk om een zwarte lijst te publiceren van zorgverleners die een beroepsverbod zouden hebben gekregen. Het invoeren van een zogenaamde zwarte lijst zou namelijk een schending kunnen vormen van het recht op bescherming van persoonsgegevens en van het recht op eerbiediging van het privéleven, zoals vastgelegd in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Ons doel blijft het garanderen van kwaliteitsvolle zorg voor elke patiënt en het beschermen van de belangen en rechten van elke patiënt. Dit moet evident zijn voor elke zorgverstrekker in ons land en daarbuiten, ongeacht de nationaliteit. Daarom is het des te belangrijker om controlemechanismen in te bouwen en een duidelijk kader te creëren waarin elke zorgbeoefenaar kan en moet werken. Dit garandeert de kwaliteit van de zorg waaraan elke zorgverlener moet voldoen en beschermt de rechten van de patiënt en, bij uitbreiding, de rechten van diens familie beter. De controle in IMI wordt toegepast in de context van aanvragen tot vestiging van het beroep, met name de aanvraag van een visum. Zoals gezegd kan bovendien elke bevoegde autoriteit – het parket, de Toezichtcommissie enzovoort – kennisnemen van IMI-waarschuwingen en deze opvolgen, binnen de eigen bevoegdheid. Het IMI is ontworpen als een uitwisselingsplatform tussen lidstaten, niet als een centrale databank. Elke lidstaat blijft verantwoordelijk voor de verwerking van de gegevens die hij ontvangt of verzendt via het IMI. In België worden gegevens uit het IMI geëvalueerd en, indien relevant, geïntegreerd in de federale databank van gezondheidszorgberoepen, ook het kadaster genoemd. Dat fungeert als authentieke bron voor het bepalen van de bevoegdheid om een beroep uit te oefenen. De verwerking gebeurt conform de wet van 10 mei 2015 en onder toezicht van de Data Protection Officer. Wanneer de betrokken persoon een officiële aanvraag indient om in België te mogen werken, bijvoorbeeld via een visumaanvraag of een erkenningsprocedure, is het wettelijk toegestaan om zijn of haar gegevens op te nemen in eCad, het elektronische kadaster. Enige waakzaamheid blijft echter geboden, want een automatische koppeling tussen IMI en eCad, zonder juridische filter, zou tot problemen kunnen leiden. Ten eerste kan dat leiden tot de opslag van niet-relevante of niettoegestane gegevens. Ten tweede bestaat het risico op sancties wegens niet-naleving van de GDPR. Een volledige automatisering van de koppeling tussen IMI en nationale registers dient zorgvuldig te worden onderzocht, meer bepaald om na te gaan hoe de verwerking van waarschuwingen uit IMI efficiënter en veiliger kan verlopen binnen het bestaande juridische kader. Dat vereist een zorgvuldige afweging tussen efficiëntie, rechtszekerheid en gegevensbescherming. Dat moet zeker ook op Europees niveau worden bekeken. Wat de cijfers betreft, België heeft 304 signaleringen in het IMI opgenomen. Dat ligt ruim boven het Europese gemiddelde. Het gaat in elk geval om definitieve beslissingen van de beroepsordes, bijvoorbeeld van artsen of apothekers, of van de Federale Toezichtcommissie, die de toelating tot het uitoefenen van een gezondheidszorgberoep geheel of gedeeltelijk hebben ingetrokken. Wat wil ik nu in termen van wetgevende initiatieven nog voorleggen? Ten eerste is in het kader van de hervormingswet voorzien dat het RIZIV-nummer automatisch wordt opgeschort indien er een beroepsverbod geldt wegens de intrekking of schorsing van het visum door de Federale Toezichtcommissie, of wegens een deontologische sanctie door de Orde der artsen of de Orde der Apothekers. Ten tweede bereiden we een wetsontwerp voor om de bevoegdheden van de Toezichtcommissie verder te versterken door aanpassingen in de kwaliteitswet. Het advies van de Raad van State over het voorontwerp en dat van de Gegevensbeschermingsautoriteit worden momenteel geanalyseerd. Naast die twee nieuwe legistieke kaders lanceer ik in 2026, zoals reeds vermeld, een nieuwe, gebruiksvriendelijke zoekmotor: HealthPro. Tot slot zal ik met een brief aan de Europese Commissie pleiten voor een duidelijker en geharmoniseerd systeem binnen het IMI-platform. Die brief wordt zo spoedig mogelijk voorbereid, zodat we de Europese Commissie kunnen aangeven in welke richting wij de ontwikkeling van het beleid willen zien evolueren.

 

Frieda Gijbels (N-VA): Er zijn inderdaad een aantal stappen die zorgverstrekkers met een buitenlands diploma moeten doorlopen om hier van start te kunnen gaan, maar ik blijf wel met de vraag zitten in hoeverre die stappen grondig worden genomen en onderzocht. Bij de visumaanvraag wordt een uittreksel uit het strafregister gevraagd, evenals een certificaat van goed professioneel gedrag. Ik vraag mij echter af of die documenten ook effectief op echtheid worden gecontroleerd. Wordt telkens nagegaan of ze authentiek zijn, en gebeurt dat ook systematisch met eventuele meldingen in het IMI-systeem? Dat is mij, zoals mijn collega ook aangaf, niet helemaal duidelijk. De fouten die er blijkbaar toch zijn, waar gebeuren die precies? U geeft aan dat alleen de definitieve beslissingen in het IMI-systeem worden opgenomen. Dat begrijp ik wel, want zolang iemand niet veroordeeld is, is het moeilijk om daarover al informatie te delen. Anderzijds lijkt het mij wel belangrijk dat er, zodra een beslissing of veroordeling wel definitief is, een actieve melding gebeurt aan het land waar die zorgverstrekker actief is, zodat daar de juiste maatregelen kunnen worden genomen. Ik vraag mij dus af of er daar niet nog mogelijkheden zijn om het systeem waterdichter te maken. In theorie is het waarschuwingssysteem IMI uiteraard een goed instrument, maar het moet wel door iedereen consequent en op de juiste manier gebruikt worden. Het moet aan de ene kant gevoed, maar aan de andere kant ook geraadpleegd worden. Op welke manier kunnen we dat in de toekomst garanderen? Ik vind het goed dat u daarvoor op Europees niveau aan de alarmbel trekt, maar hoe kunnen we ervoor zorgen dat het systeem sluitender wordt en dat het effectief ook zo zal werken? Ik wil er ook op aandringen streng te zijn voor mensen die met een buitenlands diploma naar hier komen, onder meer omdat zij niet vallen binnen het beperkte contingent aan RIZIV-nummers en er voor hen altijd een nummer beschikbaar is, terwijl we voor onze eigen studenten zo streng zijn en zoveel eisen opleggen vooraleer zij een RIZIVnummer kunnen krijgen. Ik wil er dan ook op aandringen dat er een manier wordt gezocht om maximaal toezicht te houden op wie in ons land een zorgberoep komt uitoefenen. 

Lees hieronder verder
© Emy Elleboog

Deel met anderen

  • Facebook
  • Linkedin
  • Twitter
  • Whatsapp
  • E-mail
  • Copy url
Terug naar boven

Meest recente berichten

Terug naar nieuwsoverzicht
Kamerlid Frieda Gijbels (N-VA) leeszaal

Startquota voor artsen en tandartsen in Franstalig België

21 oktober 2025
Lees meer
Kine

De toelating tot kinesitherapie zonder voorschrift

7 oktober 2025
Lees meer
MUG

De werking van het noodnummer 1733

7 oktober 2025
Lees meer

Volg mij

  • Facebook
  • Instagram
  • Linkedin
  • Twitter

Frieda Gijbels

  • Over Frieda Gijbels
  • Parlementair Werk
  • Nieuws
  • Contact

Onderwerpen

  • Volksgezondheid
  • Tandzorg en Mondhygiëne
  • Ziekenhuizen en financiering
  • Meer onderwerpen

Stel je vraag

N-VA-Kamerfractie
Leuvenseweg 21
1000 Brussel
frieda.gijbels@n-va.be

Lid worden van de N-VA

Footer menu

  • Disclaimer
  • Privacy
  • Sitemap

© 2025 

N-VA, Koningsstraat 47 bus 6, 1000 Brussel | info@n-va.be | +32 2 219 49 30