Kamerlid
Kruimelpad
Pandemie akkoord WHO - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 14 juni 2022:
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, op 22 mei kwam de Wereldgezondheidsorganisatie samen omtrent het afsluiten van een pandemieakkoord. Ook binnen de Europese Unie wordt er gewerkt aan een pandemieverdrag. Toen ik u daarover in februari een vraag stelde, was nog niet duidelijk of de Europese Unie met één stem ging spreken op de bijeenkomst van de Wereldgezondheidsorganisatie.
Mijnheer de minister, op welke manier verhoudt het Europees pandemieverdrag zich tot het WHO-pandemieakkoord? Zal Europa met één stem spreken, of zullen de verschillende lidstaten individueel hun standpunt kenbaar maken? Welke houding neemt België aan binnen de Europese Unie en binnen de Wereldgezondheidsorganisatie wat betreft de aanpak van en de voorbereiding op pandemieën? Welke houding neemt de Europese Unie aan? Hoe bekijkt u de subsidiariteit van de lidstaten met betrekking tot gezondheidszorg en preventie?
Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, (…) Het idee voor een pandemieverdrag werd gelanceerd door Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad, en werd opgepikt door de Wereldgezondheidsorganisatie. In december 2021 werd tijdens een speciale sessie van de Wereldgezondheidsorganisatievergadering, de World Health Assembly, besloten om een specifieke werkgroep op te zetten, een intergovernmental negotiating body, met als mandaat te onderhandelen over dat nieuw instrument.
U vraagt of Europa met één stem zal spreken, dan wel of de lidstaten individueel spreken. Er werden praktische richtlijnen voor die onderhandelingen afgesproken binnen de Europese Unie, die moeten toelaten om zoveel mogelijk met één stem te spreken. Concreet betekent dit dat de Europese Commissie het woord zal voeren wanneer het gaat over de bevoegdheden van de Europese Unie en dat het voorzitterschap het woord zal voeren voor de nationale bevoegdheden. Betreffende gemengde bevoegdheden zalafgesproken worden of het woord gevoerd wordt door de Europese Commissie dan wel het voorzitterschap, afhankelijk van waar het zwaartepunt van de betrokken bevoegdheid ligt.
Indien er geen akkoord gevonden kan worden over het Europees standpunt met betrekking tot nationale of gemengde bevoegdheden, kunnen lidstaten zelf het woord nemen in hun nationale capaciteit. Als er wel een Europees standpunt bepaald werd voor de nationale bevoegdheden, dan kunnen lidstaten ook het woord nemen in hun nationale capaciteit, maar dan wel op voorwaarde dat dit een aanvulling is op het Europees standpunt en dat de aanvulling niet ingaat tegen het Europees standpunt.
U vroeg welke houding België aanneemt betreffende de aanpak van en de voorbereiding op pandemieën. Wij willen werken aan een instrument dat ervoor zorgt dat we wereldwijd beter samenwerken om toekomstige pandemieën te voorkomen, beter voorbereid zijn wanneer er een nieuwe pandemie opduikt en in staat zijn om de juiste responsstrategie te volgen.
Bijzondere Belgische aandachtspunten zijn het versterken van gezondheidssystemen en het werken aan een universele gezondheidsdekking, een billijke verdeling van medische tegenmaatregelen en het belang van aandacht voor de interactie tussen mens, dier en het bredere leefmilieu, de aanpak One Health.
U vroeg welke houding de EU aanneemt. Aangezien er noch een tekstvoorstel is, noch een uitgewerkt Europees standpunt en aangezien de onderhandelingen nog niet gestart zijn, is het moeilijk om te voorspellen welke standpunten de Europese Commissie zal innemen voor de bevoegdheden van de Europese Unie en voor de gemengde bevoegdheden. Wat betreft de gemengde bevoegdheden en de nationale bevoegdheden zal het uiteindelijke Europese standpunt afhangen van een onderhandeling tussen de lidstaten en de Europese Commissie of een onderhandeling tussen de lidstaten onderling.
U vroeg hoe men kijkt naar de subsidiariteit. Ik ga ervan uit dat de praktische richtlijnen die werden overeengekomen tussen de Europese Commissie en de lidstaten, als wij ze correct opvolgen, voldoende garantie bieden voor het respecteren van het subsidiariteitsbeginsel binnen de Europese Unie.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, ik stel mij toch wat vragen bij een pandemieverdrag, zeker op het niveau van de Wereldgezondheidsorganisatie. Die Wereldgezondheidsorganisatie heeft immers heel wat kritiek gekregen voor de aanpak van de pandemie, zeker in de eerste golf. Er wordt nu precies gezegd dat ze niet genoeg bevoegdheden had en daardoor haar rol niet kon spelen. De kritiek die ze kreeg, ging echter eigenlijk niet over een gebrek aan bevoegdheden en macht bij de Wereldgezondheidsorganisatie, het ging gewoon over het niet uitvoeren van de bevoegdheden die ze wel had. Het afkondigen van de pandemie, de manier van overdracht van het virus, het al dan niet nuttig zijn van beschermingsmiddelen, de ontbrekende transparantie met betrekking tot China, dat zijn allemaal zaken waarin zij perfect een rol had kunnen spelen maar dat niet gedaan heeft.
Het is ook zo dat de Wereldgezondheidsorganisatie reeds vele jaren bezig is met pandemic preparedness. Er was reeds in 2005 een richtlijn, die werd geüpdatet in 2009. Daarin wordt duidelijk gezegd dat landen een pandemieplan moeten hebben. Toentertijd had zij ook een lijst met landen die een pandemieplan hadden. België stond daar trouwens bij. Als men dan doorklikte, zag men echter dat er geen pandemieplan achterzat. Het lijkt dus alsof zij gewoon de bevoegdheden die zij hadden niet hebben uitgeoefend en dat die pandemic preparedness alleen maar windowdressing was. Ik stel mij dan ook grote vragen bij het uitbreiden van hun bevoegdheden als zij hun basisbevoegdheden nog niet hebben uitgeoefend.
De WHO is geen democratisch orgaan, dus ik hoop dat er echt wordt gewaakt over de soevereiniteit van de verschillende leden en dat de landen echt zelf kunnen blijven beslissen hoe hun gezondheidssystemen moeten lopen. Uiteraard is samenwerking nodig, moeten er zaken worden afgesproken en moeten landen die het moeilijk hebben ondersteund worden, maar er zijn veel vragen te stellen bij de rol die de Wereldgezondheidsorganisatie heeft gespeeld. Zij hoeft nu niet te hoog van de toren te blazen. Ik hoop dat u hiervoor de nodige waakzaamheid aan de dag blijft leggen.
Het incident is gesloten.