
Al aan het einde van de 19de eeuw waren er rapporten die aantoonden dat asbest bijzonder schadelijk is voor de gezondheid. En niet zomaar schadelijk. Dodelijk. Op een gruwelijke manier. Naarmate het verwoestende effect van asbest verder begon door te dringen, werd de productie ervan in steeds meer landen stopgezet. Uiteindelijk ook in België, hoewel men hier nog jarenlang de andere kant bleef opkijken. Asbestbedrijven genoten nog lang bescherming vanuit de politiek.Steevast kozen de Vlaamse liberalen ervoor hen de hand boven het hoofd te houden.
Zo was het mogelijk dat een bedrijf als Eternit tot in 1997 ongestoord asbest kon blijven produceren, ondanks onweerlegbaar wetenschappelijk bewijs van de schadelijke effecten. Ondanks het oplopende aantal slachtoffers. Ondanks de wetenschap dat er nog talloze slachtoffers zouden volgen.
Adder onder het Asbestfonds
Uiteindelijk moest er toch iets gebeuren. Met een sociaal akkoord tussen werknemers en werkgevers werd het Asbestfonds opgericht om slachtoffers tegemoet te komen. Die overeenkomst bevatte echter een flinke adder onder het gras.
Het Asbestfonds keert weliswaar zonder al te veel poespas tegemoetkomingen uit, maar bedrijven kochten er ook juridische immuniteit mee. Alhoewel, ‘kopen’ is niet eens het juiste woord. Asbestbedrijven dragen immers niet meer bij aan het fonds dan ’gewone’ bedrijven en worden dus niet in het bijzonder verantwoordelijk gehouden.
Niet alleen werknemers moesten afstand doen van hun recht om te procederen in ruil voor een afkoopsom uit het Asbestfonds. Het akkoord betrof ook duizenden zogenoemde ‘omgevingsslachtoffers’: mensen die in hun jeugd op de afvalbergen speelden, die dicht bij asbestfabrieken woonden, op wiens oprit asbest werd gestort, die vervuilde kleding van hun partner hadden gewassen … Hun ziektekosten werden gedekt, maar gerechtigheid hebben ze nooit gekregen.
Moest die groep tijdens hun ziekteproces al de moed hebben gehad om te ijveren voor een morele schadevergoeding, dan stak de wet rond het Asbestfonds daar een stokje voor. Die slachtoffers werden echter nooit betrokken bij dat sociaal akkoord, dat enkel tussen werkgevers en werknemers werd afgesloten. Een grove onrechtvaardigheid die decennia kon blijven duren terwijl in andere landen monsterprocessen werden gevoerd tegen asbestbedrijven. Alleen in België werd er zo schaamteloos gelobbyd voor vervuilers en zo achteloos omgegaan met slachtoffers.
Begrafeniskosten
Asbest is helaas geen ding uit het verleden. Omdat het tientallen jaren (tot 50 jaar!) kan duren voor de ziekte tot uiting komt, worden er nog ieder jaar ongeveer 250 diagnoses van asbest-gerelateerd mesothelioom gesteld. De meeste slachtoffers overlijden nauwelijks twee jaar later.
Jarenlang werd dit onrecht in het parlement aangekaart en werden de asbestslachtoffers met vuur en overtuiging verdedigd door mijn voormalige collega Valerie Van Peel (N-VA). In 2019 bereikte ze een breed gedragen akkoord dat de situatie van slachtoffers verbeterde, waarin onder meer de erkenning van twee extra asbestziekten, een forfaitaire vergoeding voor begrafeniskosten en een eenmalige toelage voor mesothelioomslachtoffers werden vastgelegd.
Het mocht niet baten. De greep van sommige Vlaamse liberalen bleek te groot en de asbestbedrijven bleven buiten schot.In 2024 werd Van Peels voorstel om de regeling verder aan te passen voor de vierde keer weggestemd in de Kamercommissie Sociale Zaken.
In deze nieuwe legislatuur dienden we met de N-VA, samen met cd&v en Les Engagés, een vergelijkbaar wetsvoorstel in om omgevingsslachtoffers de mogelijkheid te bieden juridische stappen te zetten tegen de vervuilers, ongeacht de steun die ze ontvangen uit het Asbestfonds. Met het nieuwe regeerakkoord hebben alle Arizona partijen dit principe bevestigd. De juridische immuniteit van asbestbedrijven zal worden opgeheven voor omgevingsslachtoffers. Zonder de Vlaamse liberalen blijkt het dus te kunnen.
Nu moet er nog een sluitend juridisch kader worden vormgegeven. Of dat vanuit de regering gebeurt of vanuit het parlement, is bijzaak. Het gaat tenslotte om de slachtoffers. Het is voor hen dat het recht moet kunnen spreken. Maar datje dodelijk ziek wordt als gevolg van het rücksichtslose winstbejag van asbestproducenten, terwijl politici hun ogensloten, is een onrechtvaardigheid die we helaas nooit meer kunnen rechtzetten.