Kamerlid
Kruimelpad
Vogelgriep gaat rond bij zoogdieren - Mondelinge vraag aan minister Clarinval
Commissie Gezondheid 15 februari 2023:
…
01.02 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, we hebben te maken met de grootste uitbraak van vogelgriep in Europa, met een hoogpathogeen vogelgriepvirus. Op eerdere vragen gaf u aan dat er verschillende onderzoeksprojecten lopen of zijn gepland, maar dat een zoönose niet kan worden voorkomen en dat men de impact moet beperken. Daarover verschil ik met u van mening. Een zoönose, wat betekent dat een pathogeen van dier op mens wordt overgedragen, moeten we zo goed mogelijk voorkomen.
U gaf ook aan dat de Animal Risk Assessment Group, opgericht tijdens de covidpandemie, vorige maand werd ontbonden. Tegelijkertijd zou er een nieuwe risicobeoordelingsgroep worden opgericht, de Veterinary Emerging Zoonosis of RAG VEZ. Uit de meest recente berichten blijkt dat het vogelgriepvirus zich nu ook tussen zoogdieren onderling zou verspreiden, als die informatie tenminste correct is. Experts waarschuwen dat het vogelgriepvirus ook van dier op mens, of in het ergste geval: van mens op mens, zou kunnen overgaan.
Wat is de inschatting van de nieuwe RAG VEZ? Vindt men de nieuwe informatie over de besmettingen tussen zoogdieren een reden voor bijkomende waakzaamheid en bijkomende maatregelen? Indien ja, welke maatregelen worden bijkomend genomen? Waar kunnen we de rapporten van de RAG VEZ terugvinden? Waar kunnen we de samenstelling van de RAG VEZ terugvinden?
…
01.04 Minister David Clarinval:
Het virus circuleert voornamelijk onder wild gevogelte dat het gedomesticeerde pluimvee kan besmetten. De maatregelen met betrekking tot de wilde dieren vallen onder de verantwoordelijkheid van de gewesten. Er is permanent overleg tussen de betrokken regionale diensten en het FAVV. De viruscirculatie in onze streken was vroeger gelinkt aan trekvogels, die dus migreren, maar het virus lijkt zich nu in permanente populaties van wilde vogels te hebben gevestigd. Het is dan ook zeer moeilijk, zelfs onmogelijk, om de viruscirculatie te controleren. Wij moeten maatregelen nemen ter bescherming van de gedomesticeerde dieren, meer bepaald via bioveiligheid en in de toekomst vaccinatie.
Er worden strenge maatregelen toegepast om het risico op besmetting in pluimveebedrijven te beperken door de door mij genomen versterkte bioveiligheids- en ophokmaatregelen. Er bestaan ook opsporingstesten voor vogelgriep bij zoogdieren op boerderijen en in dierentuinen. Het FAVV werkt ook verder aan de verbetering van debioveiligheid in kweekbedrijven. Tot slot werkt België samen met de Europese Commissie en de lidstaten aan de ontwikkeling van bijkomende preventie- en bestrijdingstools via vaccinatie.
Elk vermoeden of elke uitbraak van aviaire influenza bij pluimvee en in gevangenschap levende vogels wordt met voorrang behandeld. Besmette dieren worden snel geruimd om de verspreiding van het virus te stoppen en de infectiedruk op de plaats van de uitbraak te verminderen. Bij een vermoedelijke besmetting van zoogdieren worden snel de geschikte maatregelen doorgevoerd om de situatie correct in te schatten en zo nodig de verspreiding van het virus te voorkomen. Er werden al antilichamen tegen bepaalde stammen van het virus aangetroffen bij gedomesticeerde varkens en everzwijnen en in het verleden uitzonderlijk bij wolven.
De stam die momenteel onder de Belgische wilde dieren circuleert, werd reeds aangetroffen bij vossen, maar niet bij de aangehaalde twee soorten. Varkensachtigen kunnen een heel belangrijke epidemiologische rol spelen, aangezien zij gevoelig zijn voor aviaire, porcine en humane influenza, Wwaardoor het virus zich mogelijk aan zoogdieren kan aanpassen. Met die factor wordt bij het toezicht op alle niveaus zeker rekening gehouden.
Er bestaan geen vaccins die zoogdieren bescherming bieden tegen de stammen die bij pluimvee en wilde vogels circuleren. Gevallen van aviaire influenza bij zoogdieren blijven sporadisch en leiden niet tot epidemieën zoals bij vogels. Op Europees niveau is de bestrijding voornamelijk gebaseerd op het toezicht en het beheer van de uitbraken.
De Europese wetgeving wordt momenteel aangepast wat de vaccinatie bij pluimvee betreft. In sommige lidstaten bestaan tests op het terrein en het wetenschappelijke onderzoek vordert, zodat veilig en doeltreffende vaccins mogelijk worden. Ik steun die stappen volledig.
La Commission européenne est informée par les États membres des cas chez les oiseaux et les mammifères. La situation vis-à-vis des foyers d’influenza aviaire chez les États membres est régulièrement présentée et discutée au sein du Comité permanent Plants, Animals, Food and Feed (SCoPAFF) qui réunit les représentants de chaque État membre et de la Commission européenne.
Le Risk Assessment Group Veterinary Emerging Zoonoses (RAG VEZ) a été créé le 23 janvier 2023. La composition du RAG VEZ, ses termes de référence et ses rapports seront bientôt disponibles sur une page du site internet de l’Agence fédérale pour la sécurité de la chaîne alimentaire (AFSCA), qui sera spécifiquement dédiée au RAG VEZ. Cette page est actuellement encore en cours de construction.
Le RAG VEZ a discuté du risque zoonotique de la pandémie actuelle de grippe aviaire chez les oiseaux lors de la réunion d’installation. Un document traitant du risque d’infection des animaux, notamment des mammifères, ainsi que des potentiels risques zoonotiques est en cours de préparation.
Les virus de la grippe touchent un large éventail d’hôtes. Ils sont presque toujours spécifiques à l’espèce animale concernée, mais peuvent parfois passer d’une espèce à l’autre. Cela est dû au fait que les virus de la grippe peuvent évoluer rapidement d’un point de vue génétique. Le fait qu’un virus puisse ou non passer d’une espèce à l’autre dépend entre autres de la mesure dans laquelle ce virus est adapté aux récepteurs du nouvel hôte. Plus le contact entre les deux hôtes est intense, plus le risque de transmission effective est élevé.
Les visons sont des animaux très sensibles au virus de la grippe aviaire. Les élevages de visons offrent aux virus les conditions idéales d'adaptation à un nouvel hôte en raison de l’énorme densité d’animaux dans un espace restreint. À l’heure actuelle, il n’y a plus d’élevage professionnel de visons en Belgique. Ils sont interdits en Wallonie et à Bruxelles. En Flandre, les animaux ont été éliminés suite à la crise du covid, sachant que l’interdiction formelle y était de toute façon prévue pour 2023.
Du 1er janvier 2023 au 10 février 2023, au total, quatre mouettes rieuses ont été confirmées infectées par la grippe aviaire hautement pathogène H5N1 dans la région de Bruxelles, et treize oiseaux sauvages dans le Brabant flamand.
Au niveau européen, du 1er janvier 2023 au 10 février 2023, des cas de grippe aviaire hautement pathogène ont déjà été confirmés chez 579 oiseaux sauvages, 48 détenteurs d'oiseaux captifs et 138 exploitations professionnelles de volaille en Europe – des chiffres qui sont assez élevés.
Voilà, mesdames et messieurs les députés, l'ensemble des informations dont je dispose à l'heure actuelle.
01.06 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, wat die RAG VEZ betreft, dat moet gewoon openbare informatie zijn. Ik hoor nu dat de website nog onder constructie is, maar er is nog helemaal niets te vinden op de site. We zitten midden in de grootste uitbraak van vogelgriep in Europa. We vinden niets terug over de RAG VEZ, niets over de samenstelling, noch verslagen. Dit is publieke informatie die gewoon toegankelijk moet zijn voor iedereen.
Trouwens, gebundelde informatie is belangrijk, maar ook daar vinden we veel te weinig van terug. Ik dring voor de zoveelste keer aan op een heldere, hedendaagse website. Jaren geleden was er al sprake van dat de website zou worden geüpdatet, maar dat is nog steeds niet gebeurd.
Wat het aanpakken van de vogelgriep zelf betreft, het is een situatie die onhoudbaar wordt. Zo veel pluimveebedrijven worden getroffen, zo veel wilde dieren. Dat zorgt voor leed op alle vlakken. Het wordt echt tijd voor een intensievere aanpak. Ik bemerk heel weinig urgentie en heel weinig doortastendheid in uw toelichting. Ik verwijs in dat verband graag naar de Kamerbrief die opgesteld is door uw Nederlandse collega eind 2022. Ik zou hem eens goed nalezen. Er staan heel wat concrete suggesties in die u ook zou kunnen gebruiken.
Ik merk dat er daar gezocht wordt naar alle mogelijke middelen om hier een einde aan te maken. Daarom roep ik u op om het echt ernstig te nemen, er dringend werk van te maken en mee het voortouw te nemen in het onderzoeken van de mogelijkheden van vaccinatie.