Telegeneeskunde - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke

14 maart 2022: vraag 1 

Mijnheer de minister,

Tijdens de bespreking van uw beleidsnota in november 2021 beantwoordde u mijn vraag over teleconsultaties, met name hoe deze een definitief kader kunnen krijgen en hoe softwaretoepassingen hun plaats hierin kunnen kennen.

U liet toen verstaan dat het niet de bedoeling is om in de toekomst door te gaan met de terugbetaling van tele- en videoconsultaties, zoals dat tijdens de covidcrisis het geval was. Er zou namelijk sprake zijn geweest van overconsumptie en u gaf aan geen voorstander te zijn van een  systeem waarbij er tegenover elke tele- of videoconsultatie een vergoeding staat.

U gaf toen eveneens aan dat u een werkgroep heeft opgericht onder leiding van professor huisartsgeneeskunde Ann Van den Bruel (KU Leuven) en dat die werkgroep tegen maart 2022 een advies klaar moet hebben over een fundamenteel nieuwe aanpak en financiering van telegeneeskunde.

Vandaar mijn vraag: wat is de stand van zaken? Wanneer mogen wij dit advies verwachten?

Met dank voor uw antwoorden,

Frieda Gijbels

11 april 2022: vraag 2

Mijnheer de minister,

Tijdens de covid pandemie diende ons zorgsysteem zich aan te passen. Dit vroeg enorme inspanningen van de zorgsector, maar zorgde ook voor een versnelling op bepaalde vlakken, bijvoorbeeld inzake telegeneeskunde. Op deze manier werd de toegang tot en de continuïteit van de zorg gegarandeerd, terwijl fysiek contact werd vermeden.

Vanuit het ministerie werd eind 2021 de opdracht gegeven aan een werkgroep inzake telegeneeskunde om een optimaal financierings- en organisatiemodel voor raadplegingen op afstand uit te werken. Eind maart 2022 zou hierover een conceptnota worden overgemaakt.

Het is positief dat telegeneeskunde blijft bestaan naast de reguliere zorg. Zo is er nu remgeld voorzien in de aangepaste nomenclatuur voor een video of telefonische raadpleging.

Wat dat betreft heb ik volgende vragen:

Is de conceptnota ondertussen klaar? Is deze openbaar raadpleegbaar en zo ja, waar kunnen we deze bekijken?

Op welke manier wordt voorzien dat de huisarts het remgeld int? Het opstellen van brieven, postzegels, controle van de betalingen, eventuele betalingsherinneringen kosten tijd en geld, die niet worden gecompenseerd. Is hier een werkbare oplossing voor voorzien?

Met dank voor uw antwoorden,

Frieda Gijbels

Commissie Gezondheid 27 april 2022:

22.01 Frieda Gijbels (N-VA):

Mijnheer de minister, vraag gaat over telegeneeskunde. U had in een antwoord op een eerdere vraag van mij aangegeven dat u een ander of nieuw kader wilde voor de terugbetaling van tele- en videoconsultaties, verschillend van het gehanteerde kader tijdens de coronacrisis, aangezien er in bepaalde gevallen sprake zou zijn van overconsumptie. Er zou een werkgroep zijn opgericht onder leiding van professor Van den Bruel, die tegen maart van dit jaar een advies klaar zou hebben gehad over een nieuwe aanpak en financiering van telegeneeskunde.

Wat is de stand van zaken? Wanneer is dit advies klaar?

22.02 Minister Frank Vandenbroucke:

Ik kan bevestigen dat de reflectiegroep onder leiding van professoren Van den Bruel en Belge momenteel de conceptnota finaliseert. Ik verwacht deze op zeer korte termijn. Ik kijk daar nogal naar uit. Ik vind het een belangrijke oefening, maar die is op dit ogenblik nog niet volledig afgewerkt.

Die reflectiegroep heeft zich met de input van artsen, ziekenfondsen en de wetenschappelijke wereld gebogen over de vraag welke positie raadplegingen op afstand innemen in de hedendaagse huisartsenpraktijk. Ik wil benadrukken dat deze nota alleen maar zal handelen over de organisatie en financiering van teleconsultaties, zowel telefonisch als via video, bij huisartsen. Er zijn andere aspecten van telegeneeskunde, bijvoorbeeld telemonitoring, tele-expertise, e-healthapplicaties. Die zijn buitengewoon belangrijk, maar worden in deze groep niet besproken.

Er werd ook een tussentijds tijdelijk kader voor teleraadplegingen uitgewerkt. Een belangrijk uitgangspunt hierbij was dat het om een aanvullend middel moest gaan voor het aanbieden van zorg en niet om een vervanging van de fysieke raadplegingen. Er moet over gewaakt worden dat patiënten niet om financiële redenen kiezen voor teleraadplegingen in plaats van fysieke raadplegingen. Dat is de reden waarom men in die fase heeft gekozen voor remgeld. Bij videoraadplegingen is het technisch zeker mogelijk om het persoonlijk aandeel op een efficiënte manier te innen. Enerzijds is het door de videoverbinding mogelijk om een QR-code met betalingsgegevens aan de patiënt te tonen. Er zijn overigens verschillende zorgberoepen die al geruime tijd op die manier werken. Anderzijds hebben een aantal platformen voor videoraadpleging ondertussen een betalingsmodule ingebouwd waarmee de artsen betalingsverzoeken naar de patiënt kunnen sturen en ook onmiddellijk melding krijgen wanneer de betaling is gebeurd. Alhoewel het relatief eenvoudig is om via digitale weg (sms, mail, whatsapp) de patiënt een betalingsverzoek te sturen, is dat bij een telefonische raadpleging toch wel een grotere organisatorische uitdaging.

Ik denk dat ik bevestigend kan antwoorden op uw tweede vraag. Op uw eerste vraag luidt mijn antwoord dat ik hoop dat ik zo snel mogelijk over de nota kan beschikken.

22.03 Frieda Gijbels (N-VA):

Net als u kijk ik uit naar die conceptnota, mijnheer de minister. Ik denk dat telegeneeskunde een fundamentele verandering met zich kan me brengen in ons zorglandschap. Net als u vind ik ook dat ze aanvullend moet zijn en dat ze een kwalitatieve verbetering kan zijn voor mensen die meer opvolging of geruststelling nodig hebben.

U geeft aan dat de telegeneeskunde geen alternatief mag zijn voor een goedkopere raadpleging. Ook daar ben ik het mee eens. Het enige wat ik me afvroeg was hoe het remgeld wordt geïnd, maar die nieuwe technologie maakt dit inderdaad mogelijk. Met telefonische raadplegingen zal dat inderdaad wat moeilijker zijn.

Ik zou willen waarschuwen voor het feit dat er wel degelijk outliers waren. We moeten nagaan wat daar misloopt en waarom er zo'n exuberant aantal raadplegingen door wat enkelingen wordt geattesteerd. Ik denk dat we veeleer dat probleem moeten aanpakken dan een rem zetten op telegeneeskunde, waar ik echt wel de meerwaarde van inzie.